WhatsApp Image 2025 07 29 at 182834jpeg

Wethouder Amsterdam omzeilt regels: blijft statushouders voorrang geven op woning!

Algemeen

Kies nummer 1 van deze excerpts en geef deze weer zonder het nummer

De woningnood in Nederland is al jaren onderwerp van gesprek. Vooral de vraag wie recht heeft op een sociale huurwoning roept veel discussie op.

In die discussie zorgt de gemeente Amsterdam opnieuw voor ophef. Wethouder Zita Pels (GroenLinks), die over volkshuisvesting gaat, heeft laten weten dat statushouders in sommige gevallen toch voorrang blijven krijgen.

En dat terwijl er een nieuwe wet is aangenomen die dit juist wil beperken. De aanleiding is de goedkeuring van een nieuwe asiel- en woningwet door de Tweede Kamer.

In die wet staat dat mensen met een verblijfsvergunning – de zogenoemde statushouders – niet langer standaard voorrang mogen krijgen bij het toewijzen van een sociale huurwoning.

Tot nu toe moesten gemeenten jaarlijks een vastgesteld aantal statushouders huisvesten, vaak met voorrang.

Dat systeem leidde de afgelopen jaren tot veel onvrede. Veel woningzoekenden die al jarenlang op een wachtlijst staan, voelden zich aan de kant geschoven.

Ook verschillende politieke partijen en belangenorganisaties spraken zich daar fel tegen uit. Zij vinden dat het bijdraagt aan de druk op de woningmarkt en dat het leidt tot oneerlijke situaties.

Toch wil Amsterdam op dit punt niet zomaar van beleid veranderen. Wethouder Pels stelt dat het belangrijk blijft om statushouders snel een plek te geven.

“Zolang gemeenten verantwoordelijk blijven voor hun huisvesting, kunnen we het ons niet veroorloven om ze te laten wachten,” zegt ze.

Volgens haar is dit niet alleen een kwestie van medemenselijkheid, maar ook van noodzaak. Wanneer statushouders geen woning krijgen, blijven ze in opvanglocaties zitten.

Dat zorgt weer voor problemen verderop in de opvangketen. Er ontstaat dan een tekort aan plekken voor nieuwe asielzoekers, met alle gevolgen van dien.

De wet zegt dat voorrang niet meer mag, maar hoe streng dit verbod wordt toegepast, is nog niet helemaal duidelijk.

Gemeenten lijken namelijk toch ruimte te hebben voor uitzonderingen, als die goed zijn onderbouwd. Zo kan een gemeente bijvoorbeeld stellen dat snelle huisvesting nodig is om de opvanglocaties te ontlasten.

Wethouder Pels maakt gebruik van die ruimte. Ze vindt het oneerlijk dat gemeenten nog wel de verantwoordelijkheid dragen, maar niet meer de vrijheid zouden krijgen om te bepalen hoe ze dat organiseren.

“Het kan niet zo zijn dat je ons opdraagt mensen te huisvesten, maar tegelijkertijd de middelen ontneemt om dat mogelijk te maken,” aldus Pels.

Die uitleg valt niet bij iedereen in goede aarde. Op sociale media reageren veel woningzoekenden boos. Zij begrijpen niet waarom mensen die soms al meer dan tien jaar wachten, weer achteraan moeten sluiten.

In Amsterdam loopt de gemiddelde wachttijd voor een sociale huurwoning inmiddels op tot ruim 14 jaar. Het idee dat nieuwkomers alsnog voorrang krijgen, zorgt voor frustratie en onbegrip.

Kritiek komt niet alleen van inwoners, maar ook vanuit de landelijke politiek. Vooral rechtse partijen vinden dat gemeenten zich aan de nieuwe wet moeten houden.

Zij waarschuwen dat het vertrouwen van burgers verder onder druk komt te staan als de regels niet overal hetzelfde worden toegepast.

Toch is de situatie ingewikkelder dan het lijkt. Gemeenten krijgen elk jaar een officiële taak vanuit het Rijk om een bepaald aantal statushouders te huisvesten.

Doen ze dat niet, dan kunnen ze boetes krijgen of in juridische problemen raken. En wanneer deze mensen niet doorstromen vanuit asielzoekerscentra, raken die vol. Dat leidt op zijn beurt tot extra druk op andere opvanglocaties.

Volgens wethouder Pels is het dan ook geen luxe om statushouders snel onder te brengen, maar een manier om het systeem draaiende te houden. “Zonder woningen geen doorstroom, en zonder doorstroom loopt alles vast,” stelt ze.

De situatie in Amsterdam laat goed zien hoe moeilijk het voor gemeenten is om landelijke regels in de praktijk uit te voeren.

Ze moeten zich houden aan wetgeving, maar ook rekening houden met praktische problemen en maatschappelijke druk.

Amsterdam is waarschijnlijk niet de enige gemeente die gaat zoeken naar creatieve oplossingen binnen de ruimte die de wet nog toelaat.

Ondertussen wordt het debat over dit onderwerp steeds feller. Waar de ene kant pleit voor solidariteit en opvang, vraagt de andere kant juist om eerlijkheid en gelijke behandeling voor alle woningzoekenden. De grote vraag blijft: wie heeft er recht op voorrang als er zoveel schaarste is?

Duidelijk is in elk geval dat het echte probleem niet ligt bij individuele groepen, maar bij het grote tekort aan betaalbare woningen.

Zolang dat niet wordt opgelost, zullen er keuzes gemaakt moeten worden. En die keuzes zullen – hoe je het ook wendt of keert – altijd ergens pijn doen.

CategorieAlgemeen Tagsamsterdam statushouders wethouder woningen

Wethouder Amsterdam omzeilt regels: blijft statushouders voorrang geven op woning! Lees meer »

WhatsApp Image 2025 04 28 at 103839jpg

Fazal niet blij met Nederlands systeem: ‘Waarom niet regels opstellen voor de senioren?’

Algemeen

Kies nummer 1 van deze excerpts en geef deze weer zonder het nummer

Fazal en Latifa wonen nu al enkele jaren in Nederland. Samen met hun drie kinderen hebben ze een nieuw leven opgebouwd in een klein appartement.

Ooit moesten ze hun thuisland Afghanistan achterlaten, en ze zijn dankbaar dat ze hier een veilige plek hebben gevonden. “We hebben de taal geleerd en weten onze weg te vinden in Nederland,” zegt Fazal trots.

Fazal werkt als heftruckchauffeur in een groot distributiecentrum. Zijn vrouw Latifa zorgt voor het huishouden en de kinderen. Ze zijn blij dat ze werk en onderdak hebben, maar er is één groot probleem: hun woning is veel te klein voor hun gezin.

“We hebben maar twee slaapkamers,” legt Latifa uit. “Onze drie kinderen liggen samen op één kamer. Voor even is dat wel vol te houden, maar niet voor de lange termijn.”

De kinderen worden ouder en beginnen steeds meer behoefte te krijgen aan hun eigen ruimte. “Ze maken soms ruzie omdat ze geen eigen plekje hebben om zich terug te trekken,” vertelt Fazal.

Het gezin heeft de gemeente om hulp gevraagd. Ze hopen dat ze kunnen verhuizen naar een groter huis. Maar de gemeente kon niets voor hen betekenen.

“We staan ingeschreven voor een grotere woning, maar het kan nog jaren duren voordat we aan de beurt zijn,” zegt Latifa met een zucht.

Fazal en Latifa begrijpen het niet goed. Ze zien in de buurt grote huizen waar maar één oudere persoon woont.

“Wat wij niet begrijpen is waarom oude mensen alleen in een groot huis wonen en wij met meer personen in een klein appartementje,” zegt Fazal.

Volgens hem zouden grote huizen beter gebruikt kunnen worden door gezinnen zoals het hunne. Latifa vult aan: “Het is eigenlijk schandalig.’‘

”Laat een opa of een oma hier in ons kleine appartement wonen, en geef ons een ruime eengezinswoning.” Ze zeggen het niet om gemeen te doen, maar ze vinden het gewoon niet eerlijk.

De situatie zorgt soms voor stress in het gezin. “De kinderen kunnen niet rustig huiswerk maken. Er is altijd geluid en weinig plek,” vertelt Latifa.

“En als ze vriendjes willen meenemen om te spelen, kan dat bijna niet. Daarvoor is gewoon te weinig ruimte.”

Toch blijven Fazal en Latifa positief. Ze zijn blij dat ze hier veilig zijn en dat ze kunnen werken en naar school kunnen gaan.

“We zijn Nederland dankbaar,” zegt Fazal. “Maar we hopen dat er ook naar ons soort gezinnen wordt gekeken. Wij willen alleen een plek waar onze kinderen goed kunnen opgroeien.”

De familie probeert er het beste van te maken. Soms gaan ze naar het park om ruimte te hebben en de kinderen even vrij te laten spelen. “Maar dat lost het probleem thuis niet op,” zegt Latifa. “Thuis moet ook een fijne plek zijn.”

Fazal hoopt dat gemeenten in de toekomst beter gaan kijken naar wie welke woning nodig heeft. “Een groot huis voor een gezin, en een kleiner appartement voor iemand alleen. Dat zou eerlijker zijn,” zegt hij.

Tot die tijd blijft het gezin volhouden. Ze sparen geld en hopen ooit een eigen huis te kunnen kopen. “We dromen van een huis met drie slaapkamers en een tuin,” zegt Latifa met een glimlach. “Een plek waar iedereen zijn eigen kamer heeft en waar we samen buiten kunnen zitten.”

Voor nu blijft de inschrijving openstaan, en blijft de hoop leven. “Misschien krijgen we binnenkort goed nieuws,” zegt Fazal. “Tot die tijd blijven we positief en doen we ons best.”

Met hun sterke wil en hun warme gezin hopen Fazal en Latifa dat er snel een betere woonplek voor hen komt. “We willen alleen maar een beetje meer ruimte om echt thuis te zijn,” besluiten ze.

CategorieAlgemeen Tagswoningen woningnood

Fazal niet blij met Nederlands systeem: ‘Waarom niet regels opstellen voor de senioren?’ Lees meer »

WhatsApp Image 2025 04 28 at 103839jpg

Fazal heeft moeite met het systeem in Nederland: ‘Waarom de senioren niet strenger aanpakken?’

Algemeen

Kies nummer 1 van deze excerpts en geef deze weer zonder het nummer

Fazal en Latifa wonen nu al enkele jaren in Nederland. Samen met hun drie kinderen hebben ze een nieuw leven opgebouwd in een klein appartement.

Ooit moesten ze hun thuisland Afghanistan achterlaten, en ze zijn dankbaar dat ze hier een veilige plek hebben gevonden. “We hebben de taal geleerd en weten onze weg te vinden in Nederland,” zegt Fazal trots.

Fazal werkt als heftruckchauffeur in een groot distributiecentrum. Zijn vrouw Latifa zorgt voor het huishouden en de kinderen. Ze zijn blij dat ze werk en onderdak hebben, maar er is één groot probleem: hun woning is veel te klein voor hun gezin.

“We hebben maar twee slaapkamers,” legt Latifa uit. “Onze drie kinderen liggen samen op één kamer. Voor even is dat wel vol te houden, maar niet voor de lange termijn.”

De kinderen worden ouder en beginnen steeds meer behoefte te krijgen aan hun eigen ruimte. “Ze maken soms ruzie omdat ze geen eigen plekje hebben om zich terug te trekken,” vertelt Fazal.

Het gezin heeft de gemeente om hulp gevraagd. Ze hopen dat ze kunnen verhuizen naar een groter huis. Maar de gemeente kon niets voor hen betekenen.

“We staan ingeschreven voor een grotere woning, maar het kan nog jaren duren voordat we aan de beurt zijn,” zegt Latifa met een zucht.

Fazal en Latifa begrijpen het niet goed. Ze zien in de buurt grote huizen waar maar één oudere persoon woont.

“Wat wij niet begrijpen is waarom oude mensen alleen in een groot huis wonen en wij met meer personen in een klein appartementje,” zegt Fazal.

Volgens hem zouden grote huizen beter gebruikt kunnen worden door gezinnen zoals het hunne. Latifa vult aan: “Het is eigenlijk schandalig.’‘

”Laat een opa of een oma hier in ons kleine appartement wonen, en geef ons een ruime eengezinswoning.” Ze zeggen het niet om gemeen te doen, maar ze vinden het gewoon niet eerlijk.

De situatie zorgt soms voor stress in het gezin. “De kinderen kunnen niet rustig huiswerk maken. Er is altijd geluid en weinig plek,” vertelt Latifa.

“En als ze vriendjes willen meenemen om te spelen, kan dat bijna niet. Daarvoor is gewoon te weinig ruimte.”

Toch blijven Fazal en Latifa positief. Ze zijn blij dat ze hier veilig zijn en dat ze kunnen werken en naar school kunnen gaan.

“We zijn Nederland dankbaar,” zegt Fazal. “Maar we hopen dat er ook naar ons soort gezinnen wordt gekeken. Wij willen alleen een plek waar onze kinderen goed kunnen opgroeien.”

De familie probeert er het beste van te maken. Soms gaan ze naar het park om ruimte te hebben en de kinderen even vrij te laten spelen. “Maar dat lost het probleem thuis niet op,” zegt Latifa. “Thuis moet ook een fijne plek zijn.”

Fazal hoopt dat gemeenten in de toekomst beter gaan kijken naar wie welke woning nodig heeft. “Een groot huis voor een gezin, en een kleiner appartement voor iemand alleen. Dat zou eerlijker zijn,” zegt hij.

Tot die tijd blijft het gezin volhouden. Ze sparen geld en hopen ooit een eigen huis te kunnen kopen. “We dromen van een huis met drie slaapkamers en een tuin,” zegt Latifa met een glimlach. “Een plek waar iedereen zijn eigen kamer heeft en waar we samen buiten kunnen zitten.”

Voor nu blijft de inschrijving openstaan, en blijft de hoop leven. “Misschien krijgen we binnenkort goed nieuws,” zegt Fazal. “Tot die tijd blijven we positief en doen we ons best.”

Met hun sterke wil en hun warme gezin hopen Fazal en Latifa dat er snel een betere woonplek voor hen komt. “We willen alleen maar een beetje meer ruimte om echt thuis te zijn,” besluiten ze.

CategorieAlgemeen Tagsvluchtelingen woningen

Fazal heeft moeite met het systeem in Nederland: ‘Waarom de senioren niet strenger aanpakken?’ Lees meer »

Scroll naar boven